Categorie archieven: Nieuw

Nieuwe berichten

Winters

De herfst is mijn favoriete jaargetijde maar ik hou nog meer van de winter. Ik leg alle gejammer naast me neer en geniet volop van gure dagen. Met een beetje geluk komt er sneeuw om het donker te verlichten. De lange nachten zijn welkom voor herstel en overzicht van het voorbijgaande. Ik ben altijd jarig in het hart van dit seizoen, een maand na Kerst. De bomen zijn kaal en dat blijft nog een poosje, zodat ik me kan voorbereiden op wat er gaat komen.

Deze grazende hengst met wintervacht in de Veluwezoom heeft er zo te zien ook weinig moeite mee. Is hij de vader van het veulen van deze merrie? Het zijn IJslanders dus die zijn wel wat gewend!

In de lente word ik heus wel blij van warme zonnestralen en geniet in de zomer van heerlijk weer.

Droom

Ik zat met Maan – pas overleden – aan mijn werktafel toen de bel ging, trringgg. Ik liep naar beneden en opende onze reusachtige voordeur. Er stond een boom van een kerel met een hele hoge pan soep voor de deur. ‘Ik heb dat niet besteld’ zei ik en riep ‘Maan, kun je even naar beneden komen?’ maar die kwam niet. Twee kleinere mannen – strak in het pak – wilden binnenkomen maar ik sloot gauw de deur en liep de trap weer op. Ze drongen dwars door de dichte deur achter me aan omhoog. Ik vroeg Maan of ze 112 wou bellen en werd wakker, bleef rustig ondanks het bonzen van het hart in mijn keel. Ik vroeg me af wat deze droom betekent en de vriendelijke buurman die voor de deur stond. De mannen onze ego’s en de boodschap ‘wees niet bang voor de dood’. Maan is niet meer maar onze vriendschap blijft bestaan.

De hemel ging open op de 25ste geboortedag van Tati (19 oktober 1999 – 19 maart 2016).

Medelijden

Ik heb van mijn moeder geleerd om altijd heel veel medelijden te hebben, inclusief zelfmedelijden. Dat is niet hetzelfde als medeleven, sterker: het is heel iets anders waar je veel meer aan hebt. Het komt wellicht voort uit het Christelijke geloof in Jezus aan het kruis. In elk geval heeft het mij niet of nooit geholpen zoals medeleven dat wel doet. Het heeft er voor gezorgd dat ik meteen – onterecht – een hekel aan de man kreeg. ‘Elk huisje heeft een kruisje’ zei ze er nog bij, maar nu is het genoeg. Ik steek graag kaarsjes op in de Martinuskerk in de Steenstraat en sinds kort ook in de Eusebiuskerk in het centrum van Arnhem. Het gebouw is niet meer gewijd maar staat en ligt wel vol met religieuze voorwerpen, waaronder een compleet klokkenspel. De grote bronzen klok die wonderlijk heel bleef na de Slag om Arnhem ligt op de hardstenen vloer. Naast haar twee kleintjes, je kunt er in kijken en over grafstenen lopen van rijke stinkerds. Er is een gerestaureerde muurschildering die vernield is tijdens de 80-jarige oorlog waarin Nederland zich losmaakte van het katholieke Spanje. Het praalgraf van Karel van Gelre met een figuur dat zijn eeuwenoude harnas draagt en een protestante kansel. Hoe meer ik weet over de geschiedenis hoe minder medelijden met ons heb ik en des te meer medeleven.

Op maandagochtend in het Herikhuizerveld overweeg ik mijn stappen.

Elke stap

‘die ik die kant uit zet … het houdt nooit op’ kraste hij, een behaarde jonge man met een zware rugzak en een blik bier in de hand. ‘In vredesnaam’ hoor ik, ‘het enige waar jij voor studeert’ en ‘waar jij voor leert’ toen kwam de trein. Iemand liet een roze linnen tasje in de wachtruimte liggen, niemand nam het mee. Doet me denken aan de droom vanacht, een nachtmerrie waar ik uit wakker werd. Ik was mijn tasje vergeten en moest helemaal terug naar een café in Dieren, op de fiets. Ondertussen ben ik op weg naar Losser om het graf van opa & oma Fisscher te schrobben. Het is bijna 21 juni, ma’s geboortedag en die wil ik een bloemtje brengen. 

Dit is het graf van de ouders van mijn vader, Alfons Fisscher met een dubbele s. Toch staat er Fischer met een enkele s omdat de naam ooit fout gespeld werd bij aangifte van de geboorte van een baby. Sommige familieleden accepteren deze foute spelling niet maar ik wel. Mijn moeder heet wel echt Fischer met een enkele s. Zij was mevrouw Fisscher-Fischer.

Er kwam een man aangelopen, zijn naam was Menge 80 jaar. Hij vertelde dat ie in de steenhouwerij zat en voor 70 euro de steen weer als nieuw maakt. Zelfs de korstmossen krijgt ie weg middels zandstralen, wat ik jammer vond. ‘We doen dat niet want wellicht wordt het graf geruimd’ vertelde ik hem. Hij had een afspraak om 12 uur met iemand die te laat kwam. Het was gezellig om in het Twents te kuieren en de sfeer te proeven. Twee kaarsen aangestoken in de neogothische Maria Geboortekerk en gekeken wie er pas is overleden. Bij Albert Heijn vond ik twee bloeiende planten voor in de lege mandjes die op het graf van pa en ma stonden. Het kleintje heb ik bij opa en oma gezet. Ik zocht een belegd broodje en vond het bij Jumbo, en een bankje om het op te eten bij bakkerij Alink. Om de hoek vond ik broodjeszaak Broodbode waar ik een lekkere koffie verkeerd dronk. Gegeten en gedronken de planten op de graven gezet, en foto’s gemaakt. 

Helaas hebben we mijn moeder geen Betsy Fischer genoemd net als oma Petronella Kok van oorsprong, die daar ligt. De beperkte duurzaamheid van het graf dat een keer geruimd zal worden staat niet in verhouding tot de steen.

Bus 66 naar Oldenzaal viel uit dus moest ik wachten en ging terug naar het kerkhof. Daar vond ik de urn van mijn vriendin Jolanda Grevinga, waar pa’s urn ooit naast lag. Die ligt nu bij ma in de kist, wat ik jammer vind. Zie prompt zijn lievelingsboom in de buurt van de Allemansweg waar we langs rijden richting Enschede. Daar had ik hem uit willen strooien … We rijden langs Roombeek, de buurt die de lucht in ging tijdens de vuurwerkramp op 13 mei 2000. Ziet er mooi uit in het groen, prachtig. Mijn missie is geslaagd voor vandaag, nu nog thuis zien te komen. 

Fishing

Hey Monique, ik ben benaderd door een schat van een jongen die ik ken van het hondenveld. Hij worstelt zich door het eindjaar van de kunstacademie. Hij wil iets maken met stof, heeft plannen en het ontwerp klaar. Ik ben niet zo van de stofprojecten, moest aan jou denken. Ik stuur jou even zijn vraag door. Als jij hem niet kunt helpen, maar weet je wel een ander die dat mogelijk wel kan, wil jij dit bericht dan doorsturen?

Hoi Margriet, ik ben op zoek naar iemand die mij wat advies kan geven over het maken van een – levensgrote – aap van stof. Ik heb schetsen klaar en een hele hoop stoffen liggen, maar merk dat ik vastloop op hoe ik de houding goed kan krijgen door de stof juist te verbinden. Zou jij mij binnenkort daarmee kunnen helpen? Als tegenprestatie kan ik één van de 100+ eenden beeldjes aanbieden, naar keuze.

Hoi Margriet, mijn heilige boekje – agenda – laat dit niet toe. Wel erg leuk zeg een grote aap van stof.

… dat zou toch jammer zijn. Is een heel erg lieve jongen. Heeft een klein – hulp – hondje. Misschien een idee te vragen of hij bijv. al met 1 uurtje geholpen is? Hij heeft zelf weinig tijd, vanwege die gestoord hoge examenstress. Hij heeft alles al, idee, stof, alleen geen ervaring. Niet zo gek dat ik aan jou denk!

Ik heb die dingen gedaan maar ik doe dat niet meer, andere weg ingeslagen. Word al moe van het idee.

Ken je iemand die even met hem mee kan kijken?

Waarom? Het is geen kleuter toch of een aap!

Autistisch, burn-out, nare dwang van niet bepaald pedagogisch ‘academie’ systeem. Is zelfs de vraag of je iemand anders kent om eventjes te helpen je teveel? Ik heb zelf geen verstand van hoe die stof aan te pakken … maar laat verder maar.

Het spijt me. Ik zit er niet op te wachten, ook niet op een eend als tegenprestatie. Vragen mag altijd, net als nee zeggen toch?

Op een normale manier nee zeggen is altijd okay.

Heb ik gedaan maar je bleef aandringen.

Een uur later.

Belachelijk.

Dankjewel.

LOVE YOU

De ring is af en dat brengt me 35 jaar terug in de tijd, naar het moment waarop de steen, een alexandriet ‘geef mij die ring maar’ in mijn leven kwam. Ik heb er twee jaar over gedaan maar nog langer over nagedacht. Eerst had ik die antieke ring waar de steen in zat om laten vormen tot hanger, daarna heb ik die weer omgevormd tot ring. Het goud was grotendeels opgegaan aan makersloon, de rest heb ik samen gesmolten met mijn moeders trouwring. Het zilver dat ik heb toegevoegd komt rechtstreeks uit de fabriek.

Al die tijd gedacht dat het een amethist was, blijkt niet zo te zijn. De steen verkleurt onder invloed van licht, meestal paars dan weer roodachtig tot roze of blauw.

Willekeur

Ik zat aan het einde van de middag op een gloednieuwe bank op één van mijn favoriete plekken in Sonsbeek om een appel te eten. Het was weer een drukke dag waarop ik vrijwilligerswerk heb gedaan bij de Kringloop waar ik twee prachtige lappen Afrikaanse wasdruk heb gescoord. Met dank aan Vivi die ze voor me had achtergehouden, want ze weet hoe mooi ik die vind. ‘Dat zijn hele dure stoffen’ zei Josephine bij het afrekenen en vroeg vervolgens 3 euro, een koopje op deze bijzondere dag. Ik ben ontregeld en liet me daarom helemaal opnemen door de groep collega’s. Terug naar de bank: ik zag en hoorde een zwerm kauwtjes die neerstreek in de kale kruin van een gigantische eik, die vervolgens onder luid gekakel weer naar een andere boom vloog. Het geluid was lekker, net als de zoetzure Elstar en ik dacht aan de KOAN – een onmogelijke vraag – wat is de juiste keuze? ter voorbereiding op de Zen Meditatie ’s avonds. Ik vroeg aan de kauwtjes ‘wat is de juiste boom?’, ‘dat maakt helemaal nik uit’ zeiden ze ‘we gaan gewoon door met heen en weer vliegen tot de zon onder is, het is volkomen WILLEKEURIG’. Ik liep nog een eindje door het bos om het antwoord te checken en hoorde heel TOEVALLIG de merels zingen tijdens de schemering, antwoord op de hulpvraag ‘wat is geluk?’ Het valt me toe.

Vossenbessen

Ik heb weer bessen geplukt in het vossenbessenbos, dit keer een andere route genomen, via de Rozendaalsestraat de Monnikensteeg in van het begin tot het einde. Het was wel een flinke klim maar zonder de drukte van de Apeldoornseweg en regelmatig heb ik gelopen met de fiets. Ik ging onder de A12 door, rechtdoor op de kruizing met de Schelmseweg tot aan de weg die parallel aan de snelweg loopt, langs Delhuizen tot de kruizing met de Koningsweg. Ik sloeg rechts af over het wildrooster en nam de koninklijke route – een zandpad met verhard fietspad ernaast – tot vlak voor de bank met het ruime uitzicht over het Rozendaalse Veld. Daar zag ik runderen staan die wel blond leken en moest denken aan ‘White Buffalo Calf Woman’ een personage uit de Amerikaanse mythologie. Een van de runderen volgde me met haar/zijn blik en gevaarlijke hoorns en daarom kwam ik niet dichtbij, wat ik wel had gewild. Ik zag dat de bessenstruiken het fietspad zijn overgestoken, vermengd met heide en gras. Het bos staat vol met bessen die goed rijp zijn en plukken maar, drie tankjes vol is genoeg. Ik dacht aan die keer, toen ik nog te schijterig was om alleen te gaan, dat er een hert naast me stond te grazen. Mijn conclusie nu is dat het een hallucinatie was, een levensechte verschijning met de boodschap: je bent niet alleen.

Onder water gelopen Koningsweg

Op de terugweg nam ik het Kerkpad – Kerkepad – dat ik enkel kende uit verhalen, midden over de heide, aflopend en soms te mul om te fietsen. Helemaal langs het hek rondom kasteel Rozendaal kwam ik op de Schelmseweg uit en fietste naar de Arnhemse Allee die onder de A12 door overgaat in de Rozendaalsestraat en rolde Arnhem weer binnen.

Vervolg op Weg langs het verdriet

SPIN

Er zat een grote spin in de slaapkamer op de muur boven het raam vlak tegen het plafond. Ik vond het niet zo’n goed idee en heb een glas gepakt, kartonnetje en huishoudtrap. Zo zag ik de spin mooi bewegen met haar/zijn lange poten achter glas en zette haar/hem buiten. Een week later zat er weer een spin, iets kleiner en die mocht blijven, boven in de hoek naast het raam. Ze – ik noem haar zo – kreeg gezelschap van een tweede spin, oh jee! en stelde me een hele familie spin voor. Maar nee, het was de spin zelf die zich van haar krappe jas ontdeed, de verstrengeling duurde enkele dagen. Ze bleef zitten waar ze zat en groeide tot wel twee maal zo groot in haar nieuwe omhulsel en bleef nog een poosje. Ze vrat ze haar eigen huid op die verschrompelde en transparant werd. Een paar dagen geleden zat ze op het plafond, schrok van mij toen ik het licht aan deed en liep met snelle pasjes richting raam. Spin zal honger gehad hebben, klaar met de transformatie, heb haar niet meer gezien.

Een half jaar later komt Ellen logeren: aanleiding om de slaapkamer op te schonen. Ik zuig het stoffelijke overschot aan het plafond op en inspecteer de ruimte rondom de verwarming. Komt er weer een spin te voorschijn die in elkaar gevouwen zit maar een pootje uitsteekt ‘he laat me met rust’. Na enig speurwerk op het internet concludeer ik dat Spin met winterslaap is en laat haar/hem met rust. Ik attendeer Ellen op de aanwezigheid die daar niet moeilijk over doet. Vervolgens ligt er een tweede naast, beiden keurig opgevouwen in elkaars gezelschap. Dan kom ik er achter dat het waarschijnlijk toch anders is dan ik had gedacht. Spin was toch wel aan het paren daarboven tegen het plafond en heeft daarna het mannetje doodgemaakt en leeg gezogen. Daarna heeft ze eieren gelegd en zich een plekje gezocht om te sterven, niet ongestoord door mij. Er zit namelijk geen beweging meer in of nog steeds niet terwijl het voorjaar in de lucht hangt. Ik wacht het af voordat ik haar ga ruimen.